KEMPENLAND historie

Geschiedenis van het Kwartier Kempenland in de Meierij van Den Bosch - Jan van Dingenen

7. Hoogeloon: hoofdplaats in Romeins Kempenland?

In 53 voor Chr. kwamen de Romeinse legioenen in het huidige Nederland. Julius Caesar was de bevelhebber van dit leger en ofschoon Caesar in zijn beschrijving van zijn overwinningen hoog opgeeft over de dapperheid van zijn tegenstanders, is het moeilijk voor te stellen dat zijn ervaren beroepsleger veel moeite had met de hier wonende boeren. Die boeren knokten waarschijnlijk regelmatig onderling een partijtje en waren ongetwijfeld zeer dapper, maar daarmee ben je nog geen partij voor een goed getraind beroepsleger. In ieder geval Caesar won en de Eburonen onder Ambiorix waren zo lastig geweest dat hij besloot om die helemaal uit te roeien en aantal stammen uit het Rijngebied naar onze omgeving te halen: de Bataven in het Maas en Waal gebied, de Tungri rond het Belgische Tongeren en Maastricht en de Texuandri op het zand tussen de Bataven en de Tungri. En zo werden België, Zuidelijk Nederland en Duitsland west van de Rijn onderdeel van het Romeinse Rijk.

Het was eigenlijk de bedoeling van de Romeinen om in een latere fase ook de rest van het huidige Duitsland en Engeland te veroveren. Engeland werd inderdaad veroverd, maar in Duitsland mislukte dat in 7 na Chr. door de bekende slag in het Teutoburger Wald. Daarna vormden Rijn en Donau de grens en bleef het een flinke tijd redelijk rustig in 'ons' deel van het Romeinse Rijk.

Kempenland onder de Romeinen 07. Julius Ceasar munt - wikipedia (89K) Een Romeinse munt met de kop van Julius Ceasar (Wikipedia)

De naam Kempenland bestond nog niet in de Romeinse tijd ofschoon het woord afgeleid is van het Latijnse Campina dat 'open vlakte' betekent. Mogelijk dat de 'Kempen' in de Romeinse tijd al wel met 'Campina' werd aangeduid maar dat is dan inclusief de Antwerpse Kempen dus eigenlijk het hele zandgebied tussen de rivierklei in het noorden waar de Bataven woonden en de löss gronden rond Tongeren. Na de Romeinen en vóór 1200 werd dat gebied aangeduid met Texandria of Toxandria, uiteraard genoemd naar de Texuandri of Texandri. De naam Kempenland is bedacht door de Graven van Leuven als deel van de Meierij van Den Bosch, toen ze die in handen kregen rond 1200.

Formeel bestond Kempenland dus nog niet in de Romeinse tijd, waarschijnlijk ook niet onder een andere naam. Het was toen gewoon een deel van de Civitas Tungrorum, de regio waarvan Tongeren de hoofdstad was en waarschijnlijk een erg onbelangrijk deel. Maar misschien omdat het redelijk ver van Tongeren lag (ca. 70 km) en omdat het onbelangrijk was, kon het zich enigszins zelfstandig ontwikkelen met als belangrijkste resultaat de Romeinse villa in Hoogeloon.

De kaart van Kempenland

Een paar jaar geleden vond ik een boek met een hele boel kaarten van het Brabantse zandgebied: "Een historische geografie van Midden- en Oost-Brabant" door Chris de Bont uit 1993 (Opmerking 1). Een van de eerste kaarten gaf een beeld van de gronden in het gebied die rond 800 wel of niet geschikt waren voor bewoning. En wel of niet geschikt betekent vooral te nat of niet te nat voor landbouw. Door de zandruggen en de beken ontstaat een versnipperd landschap met flink wat gronden die te nat waren. Bovendien waren de beekdalen toen praktisch dichtgegroeid met bomen, struiken en veen zodat men wel van 'doorstroom moerassen' spreekt. Bij hevige regenval in herfst en winter liepen dan ook grote stukken onder water buiten de beekdalen en die waren in ieder geval niet geschikt voor bewoning.

De kaart van Chris de Bont in het boek is moeilijk leesbaar en daarom heb ik het deel van Kempenland overgetekend, met natuurlijk het risico van afwijkingen. In het boek is op dezelfde kaart ook ingetekend waar in het gebied duidelijk Romeinse sporen zijn gevonden, dat heb ik ook overgenomen en dat is de basis voor dit artikel. Het boek is al een aantal jaren oud en waarschijnlijk zijn er ondertussen nog wel Romeinse vondsten geweest, maar ik denk niet dat daardoor het beeld wezenlijk zal veranderen. Er zijn daarna nog meer en duidelijker kaarten gepubliceerd in o.a. de artikelen van Nico Roymans en Henk Hiddink (Opmerking 2 en 3), maar die kaarten laten een te groot of een te klein deel van Kempenland en omgeving zien. Die kaarten geven overigens hetzelfde beeld van de verdeling van de Romeinse sporen, maar er lijken lokaal wel verschillen te zijn in de absolute aantallen vondsten.

07.Kempenland - kaart Romeins+Bat 2 (509K)

Groen zijn de gronden die niet te nat waren en dus in principe geschikt voor bewoning. De rode balletjes zijn Romeinse bouwerken, de zwarte ringen zijn vondsten van glazen armbanden

Op al die kaarten is te zien dat de Romeinse vondsten in Kempenland opvallend onregelmatig verdeeld zijn. Natuurlijk gingen de Romeinen bij voorkeur niet in een moeras wonen, maar op de drogere delen, die in principe in aanmerking zouden kunnen komen, zijn grote stukken leeg gebleven. Blijkbaar was dat niet de beste landbouwgrond en de meest waarschijnlijke reden was dat het zand daar te weinig leem bevatte en dus snel uitdroogde en bovendien door uitloging snel zou verarmen. Overigens hadden de eerdere én de latere boeren precies dezelfde voorkeuren: in de ijzertijd en eerder hadden de bewoners in dezelfde omgeving gewoond en urnenvelden en grafheuvels achtergelaten. En de boeren in de Romeinse tijd wisten heel goed waar die begraafplaatsen waren en gingen daar ook begraven of ze stichten er een cultus plaats of ze meden die plaatsen gewoon. Dit zou er op kunnen wijzen dat er toch enige continuïteit was en dat dus de Eburonen in deze omgeving toch niet helemaal waren uitgeroeid door Julius Caesar.
De beste gronden lagen blijkbaar aan de randen van de beekdalen op de hoge zandgronden. Er is een duidelijke concentratie langs de Dommel vanaf St. Oedenrode naar het zuiden. Dan wordt de zuidelijke rand van de grootste zand bult gevolgd boven het dal van de Run en de Gender en zo kom je bij de grootste concentratie rond Hoogeloon en Bladel en over het dal van de Run in Riethoven en Bergeijk. Zuidelijk van Eindhoven ligt nog een concentratie tussen Dommel en Tongelreep en noordelijk ter hoogte Son. Tot aan de Middeleeuwen zullen dit het belangrijkste landbouwgebieden blijven in Kempenland. En als je de kaart van het hele Brabantse zandgebied bekijkt, blijkt dat dit eigenlijk het enige 'dicht' bevolkte gebied is in de Romeinse tijd.

Maar dit betekent natuurlijk niet dat er buiten de aangegeven gebieden niemand woonde. Nico Roymans heeft een artikel gepubliceerd over de glazen armbanden die door de vrouwen in het gebied van de Bataven werden gedragen (Opmerking 4). Die armbanden waren waarschijnlijk kostbaar want het glas of de hele armband werd geïmporteerd uit het Rijnland of nog zuidelijker. Ze waren waarschijnlijk ook erg belangrijk voor de vrouwen: men denkt dat ze die kregen als ze volwassen werden of trouwden of een kind kregen. In het gebied van de Bataven, het Maas-Waal gebied, zijn er erg veel gevonden maar blijkbaar trouwden die vrouwen ook in de omgeving van Hoogeloon en daardoor wordt zichtbaar dat er ook 'leven' was buiten de Romeinse boerderijen. De vindplaatsen van deze armbanden, heb ik ook ingetekend op de kaart.
Het lijkt er overigens op dat de armbanden al gebruikt werden in het rivierengebied voordat Julius Caesar de Bataven kon vragen zich daar te vestigen. Als dat het geval is kunnen de armbanden in Kempenland uit de late ijzertijd zijn en dus ouder zijn dan de Romeinse tijd, maar dan laat het in ieder geval zien die boeren dezelfde gronden opzochten.

De villa van Hoogeloon

In Hoogeloon een stukje oostelijk van de oude toren, vlak bij de Kleine Beerze heeft een Romeinse villa gelegen. Een groot gebouw met een voorgevel van zo'n 50 m, gebouwd van diverse soorten natuursteen en op het hoogtepunt zelfs voorzien van vloerverwarming en warme en koude baden met de enige Romeinse mengkraan voor warm en koud water die ooit gevonden is! Er stonden natuurlijk veel meer Romeinse villa's in Nederland en België, maar die stonden allemaal op de lössgronden of vlak bij de Romeinse heerbanen langs de Maas en Rijn. Op het Brabantse zand was de villa in Hoogeloon de enige! De dichts bij staande, stonden in Tongeren, 70 km ver weg!

07.Hoogeloon villa - vici.org (122K)
Een reconstructie van de Romeinse villa in Hoogeloon

Waarschijnlijk was Hoogeloon dus een van de beste plekken als je toch op het zand wilde wonen, maar wat was dan de economische basis? Nico Roymans heeft in 2015 een boek gepubliceerd "The Roman Villa of Hoogeloon and the Archaeology of the Periphery" (ref 2) waarin allerlei aspecten van de villa aan de orde komen. Een van de eerste punten is: hoe kwam de eigenaar van de villa aan het geld want alleen de aanvoer van tonnen natuursteen uit de Ardennen, Eifel en Noord-Frankrijk zonder een waterweg of een heerbaan in de buurt moet kapitalen hebben gekost.
Men neemt aan dat de eerste eigenaar in het Romeinse leger heeft gediend. Zo'n diensttijd duurde toen 25 jaar, maar daarna werden de soldaten Romeins burger en kregen ze als uitkering een stuk grond in eigendom. Er is bij de villa een stuk van een loden ontslag bewijs uit het leger gevonden. Waarschijnlijk had die eerste eigenaar een hoge functie in het leger en dan is het logisch dat hij en/of zijn vader stamhoofd of iets dergelijks waren van de Texandriers nederzetting die we nu Hoogeloon noemen. Misschien kreeg hij bij het ontslag die hele nederzetting in eigendom of in beheer.
Zo zou hij het startkapitaal bij elkaar hebben kunnen krijgen. Maar alle andere grote villa's in deze omgeving stonden op löss of op vruchtbare rivierklei en hun economische basis was graan (spelt en tarwe) leveren aan de grensbewaking langs de Rijn. Voor Hoogeloon was dat geen optie: de graanopbrengsten waren waarschijnlijk voldoende voor de boeren zelf maar meer ook niet. De villa zelf biedt waarschijnlijk de oplossing want op hetzelfde terrein zelf is een veekraal en een grote drinkbak voor vee gevonden! Er lag een grote rechthoekige bak waarvan een zijde tot aan het grondwater was uitgegraven. Drie kanten waren versterkt met hout en planken en de vierde kant liep langzaam af naar het water: zo konden de koeien gaan drinken! Men neemt aan dat de eigenaar van de villa en vooral de boeren er om heen, naast de teelt van granen, koeien fokten voor de slacht en natuurlijk ook voor de mest en om er trekdieren van te maken en mogelijk ook voor melk en kaas. Een of meerdere keren per jaar werden die koeien dan verzameld bij de villa van het 'stamhoofd' en deels naar Tongeren gedreven om daar geslacht te worden.

Als de bovenstaande economische analyse klopt, is er natuurlijk het probleem waarom dit model nergens gekopieerd is. Ik denk dat de heer van Hoogeloon nog iets extra had wat niet zo eenvoudig te kopiëren was en ik denk dat dit in zijn relatie met het bestuur in Tongeren zat. Via zijn waarschijnlijk geërfde positie, zal hij deel uitgemaakt hebben van het bestuur van de regio. Daarbij kan hij bijvoorbeeld ook de verantwoordelijkheid gekregen hebben om belasting te innen in 'zijn' gebied. In het begin van de Romeinse tijd was de belasting hoofdzakelijk in natura: de lössgebieden leverden bijvoorbeeld graan, de Bataven rekruten en Hoogeloon hulpsoldaten en slachtvee etc. Rond 50 na Chr. ging men over op betaling in geld. De fysieke leveringen veranderden waarschijnlijk niet: Hoogeloon bleef gewoon slachtvee leveren, maar de heer van villa kocht die voor geld en hield dan meteen de belasting in geld in! Een van de betere manieren om rijk te worden.
Bij zijn vrienden, de heren in Tongeren, zal dat ongetwijfeld bekend zijn geweest, maar als iemand die rechten nu eenmaal heeft en het is ver weg… Maar anderen in de omgeving ook zo'n machtspositie geven, is natuurlijk niet handig.

Het begin en einde van de villa

Op het terrein van villa zijn de sporen van 34 huizen gevonden uit de Romeinse tijd gevonden. Die stonden er zeker niet allemaal tegelijk. De meeste waren van hout en die hadden meestal een levensduur in de orde van 30 jaar. Onder de villa zelf zijn al resten van drie houten huizen gevonden. De eerste helemaal stenen villa is rond 130 na Chr. gebouwd, mogelijk heeft er daarvoor rond 100 na Chr. nog een houten huis in villa-stijl op een stenen fundering gestaan. Maar daarvoor zijn al precies op de plek van de villa houten huizen gebouwd rond 10, 40 en 70 na Chr. De geheel stenen villa is rond 190 verbouwd en uitgebreid met baden en vloerverwarming.
Al voor 250 na Chr. was een deel van villa ingestort en werd deze waarschijnlijk niet meer bewoond want vóór de villa was toen een nieuw houten huis gebouwd. Rond 270 na Chr. kwamen de Romeinen in deze omgeving ernstig in de problemen door invallen van over de Rijn en door onderlinge ruzies van de hoge heren in Rome. In ieder geval lijkt de macht en het fortuin van 'heer van Hoogeloon' dan gebroken. Het zal dan nog meer dan 100 jaar duren, voordat de Romeinen echt van hier vertrokken maar al die tijd konden de mensen hier niet meer zo rustig wonen en werken als in de 200 jaar daarvoor.

Hoofdplaats van Romeins Kempenland?

Kempenland bestond niet in de Romeinse tijd en had dus ook geen hoofdplaats. Maar als je aanneemt dat de 'heer van Hoogeloon' macht had over een bepaald gebied met 'logische' grenzen, lijken de grenzen van het latere Kempenland helemaal niet zo vreemd. Daar hoef je niets achter te zoeken: waarschijnlijk waren diezelfde grenzen rond 1200 nog steeds logisch. Aan de verdeling van natte en droge gronden, vruchtbare en minder vruchtbare gronden was toen nog weinig veranderd. Alleen zie je dan plaatsen als Oirschot en Hilvarenbeek opeens opkomen, plekken waar de Romeinen nog weinig belangstelling voor hadden.

Jan van Dingenen - 2017

Opmerkingen

- Opmerking 1.. Chris de Bont: - '… Al het merkwaardige in bonte afwisseling …' - Een historische geografie van Midden- en Oost-Brabant - Bijdrage tot de studie van het Brabants heem, deel 36 - Stichting Brabants Heem - 1993 [Zie ref 43.

- Opmerking 2. N. Roymans, T. Derks and H.A. Hiddink: - "The Roman Villa of Hoogeloon and the Archaeology of the Periphery" - Archaeological Studies Amsterdam University Press #22 - 2015 [Zie ref 44.]

- Opmerking 3. Henk Hiddink: - "De Romeinse villa-nederzetting op de Kerkakkers bij Hoogeloon (Noord-Brabant)" - Zuidnederlandse Archeologische Rapporten 53 / VU-opgravingen in de Kempen #3 - Amsterdam 2014 [Zie ref 45.]

- Opmerking 4. Nico Roymans en Linda Verniers: - "De glazen La Tène-armbanden in het gebied van de Nederrijn" - ARCHEObrief - jaargang 13 - #4 - 2009 [Zie ref 46.]

Over deze en andere ontwikkelingen in de dorpen gaan de onderstaande artikelen.

Ontwikkeling in de dorpen
Over de ontwikkelingen in de dorpen gaan de onderstaande artikelen op deze site.

- 05. De aardappelziekte in Bladel en Hoogeloon
- 06. Bladel en Hoogeloon - naar de 20e eeuw
- 07. Hoogeloon: hoofdplaats in Romeins Kempenland?
- 09. De weg zoeken in Hapert - deel 1
- 10. De weg zoeken in Hapert - deel 2
- 23. Alle kerken in Hapert

Een overzicht van alle artikelen op deze site vindt U onder de tab "Artikelen" of klik "Hier"